Ik vergeef de jongen die mij misbruikt heeft…maar hem vergeten zal ik nooit

Chamina heeft in de maand november extra aandacht besteedt aan het onderwerp “seksueel misbruik”. Dat seksueel misbruik niet alleen binnen huiselijke kringen voorkomt, was in de nieuwsbladen van november te lezen. Ook binnen de scholengemeenschap is het aan het licht gekomen. Ik beperk me tot het verhaal van mevrouw “C”. Een volwassen vrouw die vroeger misbruikt is.

“Ik ben opgegroeid in een geweldig gezin. Mijn ouders hielden zeer veel van elkaar en nu nog. Wij kwamen dagelijks bij oma en opa en daar kwam enigszins een einde aan. Mijn opa riep mij op een dag in de werkplaats te komen. Hij zei dat hij wat centjes voor mij had. Opa nam me op schoot en voerde handelingen uit die mij echt pijn deden. Ik gilde en riep naar mijn oma, deze kwam aangerend en zei iets tegen mijn opa en tegen mij zei ze: “ga nooit meer alleen naar je opa, hoor je me?”. Dit was de eerste keer dat ik wist dat iemand me pijn kon doen, alleen het ergste moest nog komen. Ik weet niet hoe zoiets gaat, maar ik denk dat iemand zijn slachtoffer uitzoekt.

Een vriend van mijn oudere broers, die als een gezinslid was, een zoon voor mijn ouders, wist zich steeds aan me op te dringen. Het ging geleidelijk aan. Ik was 5 jaar, dat weet ik van foto’s. Deze jongen begon me te betasten. Ik was verlamd. Als ik ergens mee bezig was betastte hij mij op de vrouwelijke plaatsen. Ik snapte er niks van. In de loop van de tijd ging hij daar steeds verder in door.

Ik moet zo’n 8 jaar zijn geweest. Ik moest bij mijn zus achterop naar school. Mijn zus vond dit maar niks en daar speelde deze jongen mooi op in. Hij kwam mij 3 a 4 keer van school ophalen, maar bracht mijn nooit meteen naar huis. Hij fietste naar afgelegen plaatsjes. Als hij klaar was, bracht hij mij weer naar huis. Dit ging zo door, week in week uit, jaar na jaar. Hij ze me “als je het ooit verteld, maak ik je ouders dood en dan jou en je broers en zus. Maakt niet uit wanneer ik dat doe. Mischien als je oud bent, maar ik maak ze dood”.

Op een dag waren we allemaal thuis, de kat van ons was net gebeten en mijn vader en broers gingen naar de arts. Ik bleef alleen thuis met mijn moeder en kleine broertje. Terwijl mijn moeder in de keuken was, voerde hij alweer handelingen met mij uit, terwijl mijn broertje niets vermoedend keek. Hij stond toen op en liep rustig naar de keuken en zei dat hij naar huis ging. Toen hij wegging heb ik het aan mijn moeder verteld, die het mijn vader weer vertelde toen hij thuis kwam. Mijn vader ging op zijn beurt naar het huis van de jongen. Mijn ouders en zus vinden het erg dat ze dit niet doorhadden.

De jaren verstreken. Ik dacht er niet veel over na. Het ging gewoon goed met me, maar toen ik zo’n 16 of 17 jaar was werd ik geconfronteerd met deze man. Ik ontmoette hem met zijn huidige vrouw. Ik hyperventileerde veel in die tijd. Ik kon twee dingen doen, weggaan of blijven. Ik koos voor het tweede.

De jaren erop gebeurde er erg veel. Ik trouwde toen ik 23 jaar was en kreeg mijn kind op 30 jarig leeftijd. Ik ben na de bevalling een paar keer in gesprek geweest met een psycholoog omdat het toen allemaal naar boven kwam, en ben gestopt met die bezoeken. Ik wist wat ik moest doen. Jarenlang zag ik deze man omdat ik heel af toe hem tegen het lijf liep. Ik deed alsof er niets aan de hand was, wat ik in het begin verschrikkelijk vond. Ik verzette mij steeds tegen mijn gevoel en dacht: “jij krijgt me er niet onder”.

Op een dag ging ik voor mijn vriendin werken op haar kantoor en laboratorium. De vrouw van deze man werkte daar ook, dus kwam ik hem ieder dag tegen. Hij kwam naar me toe en vertelde iets uit zijn jeugd. Over dat zijn vader alcoholist was en dat zijn vader zijn zussen misbruikte. Tijdens de misbruik van zijn zusjes moest hij toe kijken. Hij zei ook dat het totaal geen excuus was voor wat hij had gedaan, of ik hem kon vergeven? Hij wist dat ik hem nooit zou vergeten, maar vergeven… Ik had hem lang geleden vergeven en heb hem dit verteld. Hij was enigszins geemotioneerd en blij, dat zag ik. Ik zie hem nog steeds iedere week.

Deze man is een dader maar ook een slachtoffer, daar ben ik mij degelijk van bewust. Ik zal nooit goed praten wat hij gedaan heeft. Maar ik heb gezien hoe hij zelf gegroeid is en hoe hij worstelt met zijn eigen leven, hoe hij vecht voor alles wat hem lief is. Moet ik hem altijd blijven haten, zodat ik altijd boos zal blijven uit onmacht of woede? Wie ben ik om hem te veroordelen.

Het gaat goed met mij…nu kan ik anderen helpen in te zien hoe zij met sommige problemen om kunnen gaan, wat ze kunnen doen, hoe te denken maar vooral hoe rustig te worden. “